- doorwerken
- doorwerken{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [voortgaan met werken] continuer à travailler2 [voortgang maken met het werk] avancer3 [zijn werking verder uitstrekken] se faire sentir♦voorbeelden:2 goed doorwerken • bien avancerII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [ten einde toe bestuderen] étudier à fond♦voorbeelden:1 hij heeft veel boeken doorgewerkt • il a lu énormément de livres
Deens-Russisch woordenboek. 2015.